30 Juni 2018

Zaterdag, 30 Juni 2018 : Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs 8,5-17.

Ga naar overzicht

Deel op:

n die tijd toen Jezus in Kafarnaüm aangekomen was,
kwam een honderdman naar Hem toe die zijn hulp inriep met de woorden:
&Heer, mijn knecht ligt verlamd in mijn huis en lijdt vreselijk pijn.’
Hij sprak tot hem: &Ik zal hem komen genezen.’
Maar de honderd­man ant­woordde: &Heer, ik ben het niet waard dat Gij onder mijn dak komt;
maar een enkel woord van U is voldoende om mij knecht te doen genezen.
Want al ben ik zelf een ondergeschikte, ik heb weer manschappen onder mij; en tot de een zeg ik:
ga, en hij gaat; en tot een ander: kom, en hij komt; en aan mijn knecht: doe dit, en hij doet het.’
Toen Jezus dit hoorde, stond Hij verwonderd en zei tot hen die Hem volgden:
&Voorwaar Ik zeg u: Bij niemand in Israël heb ik een zo groot geloof gevonden.
Ik zeg u, dat velen uit het oosten en het westen zullen komen en met Abraham en Isaak en Jakob zullen aanzitten in het Rijk der hemelen;
maar de kinderen van het Rijk zullen buiten­ge­worpen worden in de duister­nis; daar zal geween zijn en tandenge­knars.’
En tot de honderdman sprak Jezus: &Ga, zoals gij geloofd hebt, geschiede u.’
En op datzelfde ogenblik werd de knecht gezond.
Toen Jezus in het huis van Petrus gekomen was, vond Hij diens schoonmoeder met koorts te bed liggen.
Hij raakte haar hand aan en zij werd vrij van koorts; zij stond op en bediende Hem.
Toen de avond gevallen was, bracht men veel bezetenen bij Hem; Hij dreef door een woord de geesten uit, en alle zieken genas Hij,
opdat in vervulling zou gaan wat door de profeet Jesaja gezegd was: Hij heeft onze zwakhe­den weggenomen en onze ziekten heeft Hij gedragen.