ij het afdalen van de berg stelde de leerlingen Jezus de vraag: &Waarom zeggen de schriftgeleerden toch dat eerst Elia moet komen?’
Hij gaf hun ten antwoord: &Inderdaad, Elia zal komen om alles te herstellen.
Ik zeg u zelfs: Elia is reeds gekomen, maar zij hebben hem niet erkend, doch naar willekeur met hem gehandeld, zoals ook de Mensenzoon van hen te lijden zal hebben.’
Nu begrepen de leerlingen dat hij hun over Johannes de Doper gesproken had.