n die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: Wanneer gij Jeruzalem door legers omsingeld ziet, weet dan dat zijn verwoesting nabij is.
Laten dan de mensen in Judea naar de bergen vluchten; die in de stad zijn eruit trekken, en die op het land vertoeven daar niet binnengaan:
dagen van wraak zijn het, waarop alles wat geschreven staat vervuld wordt.
Wee de zwangeren en zogenden in die dagen. Want er zal grote nood komen over het land en strafgericht over dit volk.
Sommigen zullen vallen door het scherp van zijn zwaard, anderen als gevangenen onder alle volkeren worden verstrooid.
Jeruzalem zal door de heidenen vertrapt worden, totdat de tijd van de heidenen vervuld is.
Er zullen tekenen zijn aan zon, maan en sterren en op de aarde
zullen volkeren in angst verkeren, radeloos door het gebulder van de onstuimige zee.
De mensen zullen het besterven van schrik, in spanning om wat de wereld gaat overkomen,
want de hemelse heerscharen zullen in verwarring geraken.
Dan zullen zij de Mensenzoon zien komen op een wolk, met macht en grote heerlijkheid.
Wanneer zich dit alles begint te voltrekken, richt u dan op
en heft uw hoofden omhoog, want uw verlossing komt naderbij.’