p zekere dag kwamen Farizeeën en schriftgeleerden uit Jeruzalem naar Jezus met de vraag:
&Waarom overtreden uw leerlingen wat ons van oudsher is overgeleverd? Want ze wassen hun handen niet voor het eten.’
Daarop riep Hij de mensen bij zich en sprak tot hen: &Luistert en wilt verstaan:
Niet wat de mond binnengaat, bezoedelt de mens; de mens wordt bezoedeld door wat de mond uitgaat.’
Toen kwamen de leerlingen naar Hem toe en zeiden: &Weet Gij dat de Farizeeën bij het horen van Uw woorden er aanstoot aan nemen?’
Maar Hij antwoordde: &Iedere aanplanting die niet door mijn hemelse Vader geplant is, zal worden uitgerukt.
Laat ze maar begaan: zij zijn blinden die blinden leiden. Maar als de ene blinde de andere leidt, vallen beiden in de kuil.’