ichard Steenvoorde OP zag de Nederlandse productie van het toneelstuk 'A Case for the Existence of God’ en vond het 'een subtiele preek over genade in een seculiere cultuur’.
Dit artikel verscheen vorige week in Katholiek Nieuwsblad.
door Richard Steenvoorde OP
Begin dit jaar ging in Nederland de Nederlandse productie van het toneelstuk A Case for the Existence of God van Samuel D. Hunter in première. Het stuk, onder regie van Erik Whien, is zeer goed vertaald door Vera Morina en Whien.
De scenografie is sober maar doeltreffend, en de twee acteurs, Emmanuel Ohene Boafo en Bram Suijker, zijn magnifiek.
In deze blog zal ik betogen dat dit toneelstuk niet slechts een filosofisch werk is, maar een subtiele preek over genade in een seculiere cultuur.
Samuel D. Hunter werkt en woont in New York, maar komt oorspronkelijk uit een klein stadje in Idaho. Hij ziet een diepe verdeeldheid in zijn land tussen degenen voor wie de American Dream werkt en veel mensen voor wie de droom niet werkt, maar die hun best doen om het te laten werken.
Bram Suijker en Immanuel Ohene Boafo. Foto Sanne Peper
In zijn eerdere werken, zoals The Whale – nu een grote Hollywood-productie met Brendan Fraser als een teruggetrokken, morbide zwaarlijvige Engelse leraar die probeert weer in contact te komen met zijn vervreemde tienerdochter – was er niet veel ruimte voor optimisme. In plaats daarvan neigde de meeste werken tot nu toe naar een meer pessimistische wereldbeeld.
Om te beginnen is het voor ons buiten de Verenigde Staten moeilijk voor te stellen hoe controversieel de titel van het stuk was ten tijde van de oorspronkelijke opvoering in New York.
Sommigen die het stuk niet hebben gezien, vonden het een pretentieuze titel of vreesden godslastering. Anderen die het gingen zien, betoogden dat aangezien God niet wordt genoemd in het stuk, de titel een bewust rookgordijn is om mensen ervan te weerhouden binnen te komen met hun gebruikelijke vooroordelen en vooropgezette ideeën.
Hunter maakte heel duidelijk dat het over God gaat
In Rotterdam kregen de bezoekers een klein filosofisch essay van Brecht de Backer, die koos voor de tweede interpretatie. Maar in een interview na afloop van de uitvoering maakte Hunter heel duidelijk dat het over God gaat en over het vinden van hoop en vriendschap in uitdagende omstandigheden.
Het verhaal van A Case lijkt eenvoudig. Twee vaders, Brian en Kevin, ontmoeten elkaar op een belangrijk moment in hun leven wanneer dingen lijken te ontsporen ten aanzien van hun hoop en dromen voor de toekomst en die van hun kinderen.
Kevin is een alleenstaande homoseksuele man die hoopt pleegouder te worden van een baby meisje geboren bij een drugsverslaafde moeder. Brian heeft een moeilijk leven gehad, werkt momenteel in een marginale baan in een fabriek in de stad en gaat door een scheiding.
In de oorspronkelijke versie speelt het stuk zich af in Twin Falls, Idaho, een plaats ver verwijderd van het leven van de zeer succesvolle mensen die wonen aan de oost- en westkust van de Verenigde Staten.
Dit maakt A Case een stuk over hoe mensen die geen toegang hebben tot goedbetaalde banen of hypotheken worstelen aan de randen van de samenleving. Het behandelt het verleden van Brian en Kevin, hun huidige situatie, en er is zelfs een perspectief op de positieve invloed van hun vriendschap op de toekomstige levens van hun kinderen.
Bij het bekijken van het toneelstuk drong een diepere laag van interpretatie tot me door. Een begrip dat veel religieuzer was dan de meeste critici bereid waren toe te geven.
Ik denk dat dit stuk een meditatie is over onverdiende goedheid, de goede dingen in het leven die ons overkomen waar we geen controle over hebben. Met andere woorden, dit stuk is een meditatie over genade in de traditie van grote christelijke, katholieke auteurs uit het verleden, zoals Graham Greene en George Bernanos.
Naar mijn mening komt A Case dicht in de buurt van de intuïtie van Bernanos in zijn boek Dagboek van een dorpspastoor, waar het hoofdpersonage op zijn sterfbed opmerkt: ‘Uiteindelijk is alles genade.’
Luisterend naar het interview na de uitvoering viel me op hoe Samuel Hunter openlijk sprak over de religieuze ideeën achter het werk en hoe de interviewer zich leek te schamen voor deze bekentenis, en constant probeerde het gesprek weg te sturen van het onderwerp. Misschien is men bang dat mensen A Case niet leuk zullen vinden vanwege de religieuze ondertoon. Ik denk dat de hoge kwaliteit van het werk en de sterke prestaties van de twee acteurs laten zien dat deze angst ongegrond is.
Na afloop had ik de kans om even te praten met de toneelschrijver over de religieuze ondertonen in A Case. Het bleek dat Samuel was opgegroeid in een zeer strikte religieuze omgeving. Nu probeert hij de diepere waarde van het christendom op andere manieren over te brengen in een grotendeels geseculariseerde en gepolariseerde cultuur.
Vandaag is zijn kerk het theater
Vandaag is zijn kerk het theater. Dit resoneerde met me terwijl ik het stuk bekeek. Ik denk dat Hunter overtuigend laat zien dat de genade die we vinden in ons gewone leven – de onverwachte goedheid, de vriendschappen, het feit dat iemand ons nodig heeft – bewijs is van het bestaan van God.
Concluderend is A Case for the Existence of God een van de subtielste en toch overtuigendste preken die ik de laatste tijd heb gehoord over genade. Als prediker heb ik het diepste respect voor een toneelstuk dat genade onderzoekt in het leven van gewone mensen en dit hoopvolle verhaal vertelt aan nieuwe publiek wereldwijd.
Richard Steenvoorde OP