ekendominicaan en hoogleraar theologie Erik Borgman is benoemd in een theologische commissie van de internationale orde. Deze commissie zal zich buigen over de positie van de broeders dominicanen die geen priester zijn, de zogenoemde fratres-cooperatores.
Erik Borgman o.p.
Voorzitter van de commissie is Vivian Boland, een broeder uit Ierland, die verder bestaat uit broeders uit Noord en Zuid-Amerika, Afrika en Azië, en een Hongaarse zuster. Allen zijn professionele theologen.
De dominicanenorde is gericht op preken en het merendeel van de leden van de orde was priester. Broeders-coöperatoren beheerden het huis en de tuin, waren kok en portier etc. Traditioneel waren de verschillen in leven en in status tussen broeder-coöperatoren en de broeders-clerici groot. Zij verkeerden grotendeels onder elkaar, baden andere gebeden en hadden zelfs een ander habijt: hun scapulier en hun capuchon was zwart in plaats van wit.
Veel van die verschillen zijn na het Tweede Vaticaans Concilie afgeschaft. Sinds die tijd zijn er ook dominicanen die wel de voor het priesterschap vereiste studies zouden kunnen voltooien, maar zich geroepen weten een andere weg te kiezen en zich bijvoorbeeld in een ander vak specialiseren dan de theologie. Maar er blijft ongelijkheid. Broeders-coöperatoren kunnen alleen in speciale gevallen overste worden, want leken – en dat zijn deze broeders kerkjuridisch – mogen volgens het kerkelijk recht geen zeggenschap hebben over priesters.
Er is de laatste tijd op algemene kapittels veel aandacht besteed aan de positie van deze lekenbroeders. Hun geschiedenis vanaf de tijd van Dominicus in uitvoerig gedocumenteerd en er is een permanente commissie die voor hun positie en hun specifieke roeping in de orde opkomt.
Uiteindelijk gaat het over de vraag hoe leken voluit lid zijn van de dominicanenorde en dragers van de zending
Deze theologische commissie zal zich buigen over de eigen, volwaardige plaats van de broeders-coöperatoren in de zending van de orde. Hierbij zullen recente kerkelijke documenten over de centrale plaats van leken in de zending van de kerk en de evangelisatie het uitgangspunt vormen.
Nederlandse broeders-cooperatores waren Willy Rams (1922-2020), Jan Boks (1943-2020) en Joop Schaeffer (1942-2021). Nu telt de Nederlandse provincie er nog drie: Dominicus Zorn, Herman Scholten en Leo Oosterveen. Alle Nederlandse dominicanen in vorming richten zich op het priesterschap.
Dat een dominicaanse leek in een theologische commissie van de orde wordt opgenomen, is bijzonder. Borgman beschouwt het als een eer ervoor gevraagd te zijn. De theologische reflectie op de positie van broeders-coöperatoren is volgens hem bovendien interessant omdat het uiteindelijk gaat over de vraag hoe en in welke zin mensen die kerkrechtelijk gesproken leken zijn, voluit lid zijn van de dominicanenorde en dragers van de dominicaanse zending.
Vergelijkbare vragen spelen ook voor zusters en voor de leden van de Dominicaanse Lekengemeenschap Nederland. Het antwoord op deze vraag is van groot belang voor de toekomst van de dominicaanse zending in Nederland en de mogelijkheid dat dominicaanse plekken in Nederland in de nabije toekomst blijven voortbestaan.
01 — 02
Lekebroeders in Huissen rond 1900 en in 1957 in het Dominicuscollege.