n maart nam Theo Koster o.p. afscheid van zijn werk als studentenpastor. Op nieuwwij.nl reflecteert hij over zijn eerste half jaar los van zijn werk. 'Wat doorgaat is God in mijn leven: Deze diens gang laten gaan.’
door Theo Koster o.p.
Dit is de verkorte versie van een artikel op nieuwwij.nl
Na 24 jaar werken met studenten ging ik eind maart met pensioen. Mis ik mijn werk? Houdt de studentenkerk mij nog bezig? Maak ik mij zorgen? Kan ik leven zonder studenten? Het zijn een aantal vragen die mij veelvuldig gesteld werden.
Een vraag die mij een enkele keer gesteld werd, zette mij aan het denken: kost het jou moeite af te bouwen? Nee, gaandeweg ontdekte ik, dat ik bezig blijf op te bouwen.
Wat me trof in mijn werk was het gemak waarmee ik in gesprek kwam met studenten. Zij haalden met hun vragen bij mij naar boven wat mij ten diepste bezielde: mijn relatie met God.
In mijn omgang met studenten groeide deze relatie met God. Iedere student is als mens de moeite waard, ongeacht uiterlijk, gedrag of afkomst. In mijn toegankelijkheid voor een diversiteit aan studenten verbreedde mijn Vader zich tot onze Vader.
Door en na mijn afscheid werd mij helder dat wat ik momenteel heb met God anders is geworden.
De hartelijke en lovende reacties van (oud-)studenten bij mijn afscheid deden mij goed en riepen ook verbazing bij mij op. Ik heb in mijn ogen niets bijzonders gedaan. Ik was er, en doorgaans met veel plezier, maar dat dit op menig student zo’n effect zou hebben, is niet mijn verdienste.
Nadenkend hierover komt bij mij boven wat Jezus zegt bij Johannes: ‘Wie mij ziet ziet de Vader’. Dit kan ik hem niet nazeggen, maar ik merk dat iets soortgelijks zich bij mij aan het ontwikkelen is. Het beroep van studenten op mij haalde naar boven wie mij ten diepste bezielde.
Stoppen met mijn werk was niet moeilijk. Ik vond het zalig met studenten te werken en ik heb genoten van mijn werk. Wat doorgaat is God in mijn leven: Deze diens gang laten gaan in de wereld; Deze vertegenwoordigen in en niet verbergen.