e waarheid staat aan onze kant. Wen er maar aan.’ PVV-leider Geert Wilders zegt iets over waarheid, wat ook het devies is van de dominicanen. Volgens Arjan Broers weten die na acht eeuwen ervaring met heiligen en inquisiteurs: waarheid komt van alle kanten. En dat went nooit.
Het staat er echt, op het twitteraccount van de PVV-voorman: ‘De waarheid staat maar aan één kant. Ze staat aan onze kant, wen er maar aan. Wij zijn de toekomst’.
Je kunt je afvragen wie de wij is die Geert Wilders bedoelt. Van zijn politieke partij is hij het enige lid. Hij heeft veel volgers op Twitter, maar volgt zelf niemand. ‘Wij’ is iedereen die het met hem eens is, vrees ik. ‘Zij’ zijn alle anderen.
Het lijkt erop dat de PVV-leider radicaliseert. ‘Kom in verzet’ is zijn slogan van de laatste tijd. Tegenstanders maakt hij uit voor ‘sukkels’, de Nederlandse volksvertegenwoordiging waarvan hij deel is noemt hij een ‘nepparlement’.
Het is een angstwekkende ontwikkeling. Vanuit zijn zowel zwaar beveiligde als zelfgekozen isolement lijkt Wilders nauwelijks nog contact met anderen te hebben.
Dominicaan Tomas de Torquemada (1420-1498) het gezicht van de wrede Spaanse inquisitie.
Wilders zelf pleitte lange tijd voor de democratische weg, althans: voor strijd met enkel woorden. Het is maar de vraag of zijn aanhang zijn ‘kom in verzet’ zo verstaat. Het is evenzeer de vraag of woorden nog zin hebben als je de uitwisseling ervan voortdurend onzinnig verklaart, of je gesprekspartners uitscheldt.
Dat culmineert (voorlopig) in de stelling dat ‘de waarheid aan onze kant staat’. Waar heb je het dan nog over samen? En waarom zou je dan een parlement nodig hebben?
Dominicanen hebben iets met democratie én met waarheid. Dat laatste woord staat in het wapen: veritas. Een stoer woord, dat echter getemperd wordt door een grondwet die in de feodale middeleeuwen al democratisch was.
Waarheid en democratie hebben elkaar nodig, dat zie je in die acht eeuwen geschiedenis. Met democratie alleen wordt zelfs een kloosterorde een ambtelijke praatclub, en met waarheid alleen kan zelfs een bedelmonnik een inquisiteur worden.
Waarheid leeft van ontmoeting, ze sterft in het isolement van het eigen gelijk. Waarheid is namelijk iets dat ontdekt moet worden, onthuld, in concrete situaties. Wie meent haar in pacht te hebben zonder ruimte voor ontmoeting, correctie, vergeving, groei; die gaat hopeloos de mist in.
Dat is geen vrome praat. De dominicanen hebben het door schade en schande moeten leren. De inquisities (er zijn er meerdere geweest) waren in het beste geval kerkelijke rechtbanken, waar tenminste enige vorm van rechtspraak was. Maar in het slechtste geval was het een wrede en bloeddorstige organisatie, zoals de Spaanse inquisitie onder dominicaan Tomas de Torquemada in de 15e eeuw.
De Torquemada was medeverantwoordelijk voor het verjagen van 160.000 joodse families uit Spanje, vanwege hun geloof. Een deel van die vluchtelingen kwam in Nederland terecht en vormde, samen met de later uit Frankrijk verjaagde Hugenoten, het fundament onder de vaderlandse Gouden Eeuw. Het zou leuk zijn als premier Rutte, nota bene een historicus, dat stukje geschiedenis eens zou vermelden: eerdere Nederlandse bloei ontstond door de instroom van vluchtelingen.
Dat gezegd hebbende blijft de vraag over naar de inhoud van die waarheid. Voor dominicanen gaat dat over het goede nieuws dat Jezus verkondigde, en dat aan de basis ligt van de joods-christelijke cultuur die ook de PVV zegt te waarderen.
Het goede nieuws dat Jezus verkondigde is dat God grenzeloze liefde is. Die liefde ontmoet je vooral aan de randen van ons bestaan; bij arme, kwetsbare, uitgesloten mensen; en aan de randen van je eigen leven, op de plaatsen waar je verwond bent of naar vergeving snakt.
De waarheid van het evangelie leert ons dat we voortdurend naar de randen moeten, naar waar het wringt. Daar is waarheid te zoeken, te ontdekken, te onthullen. Daar worden wij bekeerd.
Het interessante is nu dat ook de PVV leeft van de randen in onze samenleving en in mensen zelf. Het succes van Geert Wilders reflecteert de frustratie van veel mensen in onze samenleving die het tempo van de maatschappelijke veranderingen niet kunnen bijbenen, die het gevoel hebben dat heersende klassen niet naar hen omkijken. Het reflecteert ook dat er veel mensen zijn die niet weten om te gaan met de mislukkingen in hun eigen leven en daar een schuldige voor zoeken. Helaas doet Wilders niets met die frustratie, behalve het te versterken en in toenemende mate aan te moedigen.
De radicalisering en de verdeeldheid in onze samenleving zijn maar al te reëel. Ik voel zelf de neiging om Wilders en de zijnen tot ‘de andere kant’ te verklaren, maar dat is, vrees ik, de inquisiteur in mij.
Liever wil ik me laten uitdagen door een traditie die snapt dat de waarheid niet aan één kant staat, maar van alle kanten komt. En dat je alleen wijzer wordt door via stilte, vriendschap en studie jezelf uit te spreken en te delen.
En dat blijft eng en moeilijk. Wen daar maar aan.
Arjan Broers