ederlandse kranten lijken op mensen met weinig zelfvertrouwen, die hun bestaansrecht ontlenen aan het behagen van anderen.
In plaats van aan de ochtendkoffie te zitten met een gesprekspartner die doet alsof hij tegen mij spreekt, neem ik nu kennis van wat zich duidelijk niet tot mij richt. In de International New York Times krijg ik zakelijke en geïnformeerde berichten onder ogen over wat er in de wereld gebeurt en wat daarvan de achtergrond is. Columnisten laten blijken hoe er over de wereldwijde ontwikkelingen wereldwijd gedacht wordt, zonder te suggereren dat zij met mij iets meer gemeenschappelijk hebben dan het verlangen om te weten en te begrijpen.
Waar de Nederlandse kranten mij vergeefs proberen wijs te maken dat ik mij bij ze thuis kan voelen, maakt deze krant mij zonder terughoudendheid duidelijk wat ik ben: een vreemdeling en bijwoner. Het is niet per se wat ik wil zijn, maar het klopt in ieder geval met wat ik in mijn Bijbel lees (1 Petrus 2,11): “Geliefden, u als bijwoners en vreemdelingen roep ik op u te onthouden van de vleselijke verlangens die strijd voeren tegen de ziel.”
Slot van de column van lekendominicaan en theoloog Erik Borgman op www.debezieling.nl