r was nog nooit zo veel geld in een wereld waarin de kloof tussen arm en rijk groeit. De Orde moet daar weet van hebben en de onderlinge relaties niet laten bepalen door de &logica van de wereld’. Dat schrijft br. Bruno Cadoré, magister van de dominicanen, in een open brief aan de Orde.
Magister Bruno Cadoré o.p.
Onze prediking moet geworteld zijn in de zorg voor een wereld van meer gelijkheid, schrijft de Franse magister in zijn brief. Daarom moeten we een oprechte en uitdagende “cultuur van solidariteit” onder ons cultiveren. Dat helpt bij het versterken van onze eenheid, wat een fundamenteel kenmerk van onze Orde is.’
Broeder Bruno wijst op de oorsprong van de dominicanen als een bedelorde, dat wil zeggen: leven in soberheid, maar vooral &in afhankelijkheid van degenen tot wie je gezonden bent, net zoals Jezus en zijn leerlingen zich afhankelijk opstelden ten opzichte van de mensen die ze ontmoetten’.
Wij zijn in onze tijd echter vaak gewend geraakt aan een zekere kwaliteit van leven, stelt de magister. Vaak hebben dominicanen kloosters, kerken en ander vastgoed in bezit. We lopen dan het risico onszelf te richten op andere bezitters.
&Economische vragen zijn belangrijk in de organisatie van ons apostolisch leven’, schrijft Cadoré. &Maar hoe zorgen we ervoor dat ze geen beperkende criteria worden, obstakels voor de verkondiging van het evangelie of van onze creativiteit?’
Br. Bruno roept op tot onderlinge solidariteit als geesteshouding en in praktische zin: de Orde heeft zich kunnen ontwikkelen door de vele vormen van solidariteit tussen de verschillende entiteiten (broeders, zusters, leken). Maar die solidariteit moet ook spontaan zijn, zeker in deze tijd, en niet alleen degelijke en goed georganiseerde institutionele vormen krijgen.
De oproep klinkt de broeders van de Nederlandse provincie logisch in de oren. Deze provincie is klein, maar geeft elk jaar veel financiële steun aan provincies die volop in opbouw zijn, in allerlei delen van de wereld.
Broeder Bruno geeft in het vervolg van zijn uitgebreide brief een mooie bezinning op het wezen van de dominicanen als een bedelorde. &In zekere zin beloven we armoede omdat we predikers zijn’, schrijft hij. En: &Wat we nodig hebben is natuurlijk heldere rekeningen en rapportages’. Wat daar echter onder ligt is &de bereidheid de wereld te geven wat wij hebben ontvangen’.
Klik hier voor de hele brief (Engels): mendicancy – letter magister may 2014