Opgetogen, opgenomen raken en afdalen, de leegte in: in de lezingen van vandaag worden beide verbonden’.
Jozef Essing OP
Wie de kans heeft gehad op de berg Tabor te komen, beleeft en begrijpt waarom de traditie deze heeft aangewezen als de plaats waar de gedaanteverandering van de Heer plaats heeft gevonden. Door het uitzicht, naar alle kanten en over alles heen, is het of je bent opgetild boven de wereld van alledag.
Wat onmiddellijk en dichtbij was komt op afstand; en wat centraal leek te staan is slechts een klein onderdeel van een groter geheel. Op de top van een berg staan geeft het gevoel opgenomen te zijn in een hogere wereld, de wereld van de Ene die religieus geduid wordt als Allerhoogste.
Het tegenbeeld van de berg – van het opstijgen, ‘opgetogen zijn’ en ‘zien’ – is de maar al te bekende wereld waarin men moet ‘afdalen’. Een wereld waarin je ‘het niet meer ziet’ – de leegte en gemis na het wegvallen van een dierbaar mens of een vertrouwde werkkring -, of oploopt tegen muren van vijandschap en aankijkt tegen de puinhopen van zinloos geweld.
In de lezingen worden beide verbonden. Het op de hoogte komen is verbonden met afdalen, het opgetogen zijn met diepe onderdompeling in verlies, vijandigheid, leegte, zinloosheid.
Begin van de preeksuggestie voor de tweede vastenzondag van dominicaan Jozef Essing op www.preekvandeweek.be