e opvallende tatoeages van lekendominicaan en pastor Roy Clermons hebben een religieuze betekenis. Hij vertelt erover in het nieuwe nummer van Katholiek Nieuwsblad en op 20 mei live in Rotterdam.
Tatoeages zaten lange tijd in het verdomhoekje. De laatste jaren is dit veranderd en is het dragen ervan zelfs een hype geworden. Lekendominicaan Roy Clermons ziet een verband tussen tatoeages en spiritualiteit. ‘Mijn tatoeages hebben een diep religieuze betekenis’, vertelt hij in het KN aan Selinde van Dijk-Kroesbergen. Een paar fragmenten.
Het zijn meestal de moeilijkere periodes in mensenlevens die vormend zijn. Als geestelijk verzorger in de psychiatrie en ouderenzorg weet Clermons maar al te goed dat het leven ‘nooit in een rechte lijn verloopt’.
Ieder mens heeft volgens hem te maken met pijn en gebrokenheid. ‘Er is lijden, er is dood en er is verrijzenis. Doordat we door dat alles heengaan, worden we telkens weer een nieuw mens.’ De confrontatie met het lijden van patiënten maakte veel indruk op Clermons en vormde hem in zekere zin.
(…) Een persoonlijke crisis had hij in de tijd dat een relatie spaak liep. ‘Soms dacht ik: ik ga hieraan kapot.’ Juist in die periodes merkte hij dat God in hem werkte. ‘Ik had hulp nodig. Het is dan heel bijzonder dat er iets buiten je invloedssfeer gebeurt waardoor je leven een compleet andere wending krijgt.’
Erop terugkijkend denkt hij dat dit alles te maken heeft met een houding die de dominicaanse mysticus Meister Eckhart Gelassenheit noemt, een soort ‘actieve passiviteit. Daar waar het ego niets meer heeft, niets meer weet, niets meer kan, daar wordt God geboren op de bodem van de ziel. Deze ervaring van een Godsgeboorte heeft mij eigenlijk op het spiritueel-religieuze pad gezet.’