31 Mei 2022

‘Zie het buitengewone in het gewone’

Ga naar overzicht

Deel op:

e fusie van Nederland en België is een voorbeeld voor de Orde, vindt magister Gerard Timoner OP, die even in Nederland was. 'Onze uitdaging is te gaan denken als missionarissen.’

Gerard Timoner OP tijdens zijn preek in de eucharistieviering in Rotterdam.

Het was meer een geboortefeest dan een begrafenis. Zo vatte iemand de blijde sfeer samen bij de bekrachtiging van de fusie van de Nederlandse provincie van de dominicanen met de Belgische, op maandag 30 mei in Rotterdam.

Magister van de Orde Gerard Timoner OP (54) was erbij. Hij lacht van herkenning, zoals hij sowieso graag lacht. ‘De Belgische en Nederlandse broeders zijn opvallend open en verwelkomend naar elkaar’, zegt hij. ‘De fusie is inderdaad de geboorte van een nieuwe werkelijkheid, al is er ook iets verdrietigs aan.’

‘De Nederlandse provincie was zestig jaar geleden heel groot en heeft veel betekend, in Nederland en daarbuiten. Zo was ik nog niet lang geleden in Bayamon, Puerto Rico. De school voor verpleegkundigen is door dominicanen gesticht. En dat is maar één voorbeeld. Daarnaast hebben de Nederlandse dominicanen de afgelopen tientallen jaren financieel veel ondersteuning gegeven aan allerlei dominicaanse doelen.’

20220530_Rotterdam_Dominica nen_WEB27_©RamonMangold

De aanwezige dominicanen uit Nederland en België. Midden voor, achter de rolstoel van Jan Bouman OP, de oudste Nederlandse broeder, staat Gerard Timoner OP. Links van hem scheidend Nederlands provinciaal en nieuwe vicaris René Dinklo OP, rechts de Belgische provinciaal Philippe Cochinaux OP.

‘Tegen mensen die er verdrietig over zijn zeg ik: het hoort bij het leven dat er dingen veranderen, en het hoort bij het leven van de kerk dat er provincies en bisdommen verdwijnen of worden samengevoegd. Als je verdrietig bent, komt het omdat je liefde had voor iets dat van waarde was.’

In de lage landen is de secularisering sterk, ‘maar het gebeurt overal’, zegt Timoner. Tegelijk is er een diep religieus verlangen bij veel mensen. ‘Dat is altijd en overal waar. Ik hoor het ook van de broeders hier: er is honger naar betekenis. In de Orde kijken we nu naar de Nederlandse en Belgische broeders, omdat er lessen te leren zijn: hoe kun je in deze situatie samenwerken zonder angst?’

Deze tijd is voor dominicanen ‘een uitdaging om terug te gaan naar wie we echt zijn’. Het gaat dan op de allereerste plaats om broederschap, vindt de magister, ‘leven in communiteiten, een spiritualiteit van gemeenschappelijkheid. Van daaruit begint alles. Ik was zondag in de geloofsgemeenschap van Zwolle, er kwamen verschillende mensen op me af die zeiden: ik ben protestant, maar ik kom hier vanwege de gemeenschap. Dat charisma hebben de broeders dus voortreffelijk overgedragen.’

'Macht moet dienen'

De broederschap bepaalt ook zijn eigen leiderschap over de wereldwijde Orde met 6000 broeders, vertelt Timoner. ‘Dat voorbeeld gaf Dominicus’, zegt hij. ‘Ik ben allereerst een van de broeders. Er is autoriteit, maar die oefen ik uit ten dienste van de Orde en de prediking. Macht moet dienen. Dat is trouwens ook een goed middel tegen klerikalisme, waar de kerk soms last van heeft.’

Voor dominicanen in de lage landen is de uitdaging volgens de Filippijn: te leren denken als missionarissen. ‘De dominicanen die eind 16e eeuw naar mijn land kwamen, leerden eerst de taal van de mensen. Pas daarna konden ze het geloof verkondigen. Zo werkt het nog steeds, al hoeven we nu fysiek geen oceaan over, maar misschien wel een gracht of een sloot.’

Jezus zelf had het vermogen om het gewone, alledaagse te gebruiken. ‘Hij nam brood en deelde het – heel gewoon. En hij zei erbij: “Dit is mijn lichaam”. Geen wonder dat mensen ook van hem schrokken. Hij maakte het gewone buitengewoon.’

20220530_Rotterdam_Dominicanen_WEB03_©RamonMangold

Gerard Timoner OP in het ochtendgebed.

Dominicus door Egbert Modderman

Gerard Timoner was getroffen door de Dominicus die de Groningse kunstschilder Egbert Modderman maakte. Het manshoge schilderij is onlangs door lekendominicanen uit de twee landen aan de nieuwe provincie geschonken.

‘Ik moest bij dit schilderij denken aan de passage in het evangelie waarin Jezus tegen zijn leerlingen zegt: “Als je ergens niet welkom bent, sla het stof van je voeten en ga verder”. Want we moeten bereid zijn dingen los te laten die ons belasten of bezwaren. Dan pas kunnen we in vreugde verder.’

Broeder Gerard Timoner, die in 2004 in Nijmegen theologie studeerde, heeft nu bijna drie jaar van zijn termijn van negen jaar vervuld. Hij herkent de ervaringen van zijn voorgangers: dat hij een pelgrim is, die voortdurend onderweg is en overal in de wereld ziet ‘hoe God werkt door de broeders en zusters. Zo beperkt als we zijn gebeurt er veel goeds. Ik krijg daar veel vreugde en energie van.’

Tekst: Arjan Broers. Foto’s: Ramon Mangold

20220530_Rotterdam_Dominica nen_WEB29_©RamonMangold

De magister met het nieuwe Nederlandse bestuur van het vicariaat en de provinciaal van de nieuwe provincie. Vlnr. Gerard Timoner, Michael-Dominique Magielse (raadslid), René Dinklo (vicaris), Philippe Cochinaux (provinciaal) en Stefan Mangnus (raadslid)

Eerder verschenen