innen een jaar zal er een Belgisch-Nederlandse provincie van dominicanen zijn. Daardoor zullen ze samen kapittel kunnen houden in december 2022. Dat staat in de Paasbrief van provinciaal René Dinklo aan zijn medebroeders.
René Dinklo o.p.
De Nederlandse provincie van de dominicanen, opgericht in 1515, is inmiddels volgens de regels van de Orde der Predikers te klein om zelfstandig voort te bestaan. Maar ‘de Nederlandse provincie wordt in zekere zin niet ten grave gedragen, maar zal herleven in een groter verband’, schrijft provinciaal overste René Dinklo o.p. aan zijn medebroeders.
Het was al duidelijk dat de Belgische provincie, die in augustus 2019 is ontstaan uit een fusie tussen de Vlaamse en Zuid-Belgische provincies, de beste kandidaat was voor de Nederlandse. De verkennende besprekingen verliepen echter zo voorspoedig, dat er nu al een routekaart ligt voor de nabije toekomst.
De Nederlandse provincie fuseert, zo is de bedoeling, en blijft dan een aantal jaren een vicariaat, waardoor er enige zelfstandigheid blijft. Als het lukt om de fusie binnen een jaar rond te krijgen, dan kunnen de Nederlandse en Belgische broeders samen op het al geplande Belgische kapittel van eind 2022 nadenken over en verantwoording afleggen voor de missie van de dominicanen in de lage landen.
De komende maanden consulteert de provinciaal zijn medebroeders in Nederland. Op het vanwege corona verplaatste kapittel in september wordt dan een definitief besluit genomen.
René Dinklo verwijst in zijn Paasbrief naar de betekenis van dat grootste feest van het christelijk geloof. ‘Kan uit een graf iets nieuws voortkomen? Met Pasen gedenken we dat Jezus, die trouw bleef aan zijn hemelse Vader en de uiterste consequentie daarvan ondervond, de Levende Heer is geworden. Hij kon na zijn verrijzenis veel krachtiger in ons midden aanwezig zijn, niet meer gehinderd door de dimensies van tijd en ruimte. Gods waarheid is niet te stoppen, door niets en door niemand. Punt is wat wij ermee doen!’