aandag 16 november doen voor het eerst deze eeuw twee Nederlandse vrouwen professie als dominicanes van Neerbosch. Marga Zwiggelaar vertelt over haar groei naar dit moment.
Marga Zwiggelaar
Vorig jaar verhuisde ik begin november van het protestantse noorden van het land naar het van oudsher rooms katholieke Nijmegen om in te treden bij de dominicanessen van Neerbosch.
Geen lichtzinnige stap. Van een bestaan als sociaal cultureel werker, opbouwwerker, jongerenwerker, conservator, adviseur en onderzoekster, naar een leven waarin op een of andere manier God en een religieuze roeping centraal staat. Dat doe je niet zo maar. Daar zijn heel wat jaren van onderscheiden aan voorafgegaan.
Ik ben in 1963 geboren en opgegroeid in een gereformeerd synodaal nest in een door en door protestantse omgeving. Mijn geboorteplaats Hoogeveen werd niet voor niets het Jeruzalem van het Noorden genoemd. Het geloof vormde dan ook een integraal en vanzelfsprekend deel van opvoeding en school. God was overal en alomtegenwoordig.
Mijn ouders waren geen fanatieke kerkgangers, dus met de kerkgang ben ik minder grootgebracht. Als klein kind dacht ik wel eens stiekem ‘ik word later non.’ Geen idee waar ik dat idee opgepikt heb, want religieuzen behoorden nu niet bepaald tot het dagelijks straatbeeld in Hoogeveen. En toch was het een gedachte die op één of andere manier mijn hele leven met mij is meegereisd en zo nu en dan de kop op stak.
En toen was er die zomerse dag in 2011
Na mij vanaf mijn tienertijd stevig verdiept te hebben in allerlei religies en levensfilosofieën, kwam ik als twintiger weer terecht bij het christendom. De kerkgang pakte ik weer op na een reis naar Taizé. Ik werd kerkelijk actief en deed 1998 belijdenis in de gereformeerde kerk. Ik werd ouderling en ging zingen bij een cantorij.
Via de cantorij kwam ik in contact met het kloosterleven. Jaarlijks werd er een weekend in een contemplatief klooster georganiseerd. De eerste keer dat ik de kloosterkerk binnenstapte en ging zitten in de kerkbanken, voelde het als thuiskomen. Ik werd geraakt door de liturgie, de sfeer, de rust en de stilte.
Sindsdien begon ik vaker kloosters te bezoeken en merkte ik dat de rooms katholieke liturgie wel heel dicht bij mijn hart lag. Maar ik was eigenlijk nog maar een paar jaar belijdend lid van de gereformeerde kerk, ik was actief in allerlei commissies en activiteiten en de kerkgemeenschap was warm en hartelijk. Er was voor mij nog geen reden om daar afscheid van de te nemen. Ondertussen zocht ik in de vakantie wel steeds het rooms-katholieke op.
En toen was er die zomerse dag, in 2011. Ik liep met mijn rugzakje bij het Zwillbrocker Venn, net over de grens bij het Gelderse Groenloo. En zo opeens fluisterde in mij ‘Wat ik altijd ten diepste heb verlangd, is zuster te worden.’
Waar kwam dat nu vandaan?
Waar kwam dat nu vandaan? Het was wel zo overtuigend dat ik wist dat ik uit moest zoeken, of dit de weg was die ik te gaan had. Ik begon mij te oriënteren op de mogelijkheden die er waren, wetende dat het gezien mijn leeftijd niet zo gemakkelijk zou zijn. In de eerste instantie richtte ik mij op de contemplatieve kloosters. Tegelijkertijd was ik mij aan het bezinnen op de overstap van protestants naar rooms-katholiek. Een stap die ik van harte heb gemaakt.
Al gauw bemerkte ik dat de weg van het contemplatieve leven niet mijn weg was, maar dat ik zocht naar een evenwicht tussen contemplatie en in de wereld staan, tussen gebed en handelen. Door een samenloop van omstandigheden kwam ik op de weg van de Dominicus terecht. Een weg die naadloos bleek te passen. Een traditie die vier belangrijke waarden in mijn leven in zich draagt: gemeenschap, gebed, studie en prediking. Ik voelde mij vanaf het begin als een vis in het water van de dominicaanse vijver.
Wat ik ervaar binnen de dominicaanse spiritualiteit is de ruimte die aan ieder van ons geboden wordt, de ruimte in zijn, in denken, in beleven en in worden, groeien, ontwikkelen. Het is dan ook niet voor niets dat ik boven dit stukje een zin uit psalm 18 heb gezet. Een zin die al jarenlang met mij meereist, maar voor mij het afgelopen jaar in het noviciaat steeds meer diepgang, betekenis en kleur heeft gekregen.
Ik mag op reis gaan, met de aarde onder mijn voeten en de hemel boven mijn hoofd, gedragen door God. Ik mag ruimtes verkennen en in nieuwe ruimtes stappen. Ontdekken, groeien, leven, zijn en worden, samen met mijn medezusters en met de hele dominicaanse familie. In verbondenheid met de wereld en met God.
Marga Zwiggelaar
Marga Zwiggelaar en Marieke Al