uister naar deze klaagzangen, een verzameling poëtische uitingen van de pijn veroorzaakt door de verwoesting van Jeruzalem in 586 v.Chr.
De klaagzangen van Jeremia worden gezongen tijdens het Tenebrae (wat in het Latijn ‘schaduwen’ of ‘duisternis’ betekent). Tenebrae-gebeden zijn krachtige en donkere meditaties speciaal voor de drie dagen voor Pasen (de ‘Triduum Paschale’).
De klaagzangen zijn erg oud. Ze zijn een verzameling poëtische uitingen van de pijn veroorzaakt door de verwoesting van Jeruzalem in 586 v.Chr. De Joden zingen ze elk jaar op de 9e van de Hebreeuwse maand Av om de vernietiging van de Tempel te markeren. In de kerk worden ze ook opgevat als de klaagzang van de Messias over een stad die ‘hem niet heeft ontvangen’.
Hieronder vindt u de klaagzangen voor het triduum uit de dominicaanse traditie. Ze worden gezongen door de Nederlandse student-broeder Stefan Ansinger o.p. en zijn medebroeder Alexandre Frezzato o.p., die studeren in Fribourg (Zwitserland). Het is onderdeel van hun project OP Chant.
Bron: dominicains.ch, daar vindt u voor elk van de drie dagen drie gezangen.
Lam 1, 1 Aleph – Hoe! Hier zit ze dan, eenzaam, de stad zo bevolkt, als een weduwe, wordt de koningin der naties, soeverein van de volkeren, een slaaf!
1,2 Beth – Ze huilt, ze huilt in de nacht, tranen bedekken haar wangen: niemand die haar troost onder degenen die van haar hielden; zij hebben haar bedrogen, al haar vrienden, zijn haar vijanden geworden.
1.3 Gimel – Ze is gedeporteerd, Juda, ellendig, hard tot slaaf gemaakt; gezeten onder de natiën vindt ze geen rust. Al haar vervolgers spoorden haar op tot haar verdriet.
Hier vindt u de bladmuziek.
Lam 2.1 Aleph – Hoe! In zijn woede overschaduwde de Heer de dochter van Sion, hij wierp de pracht van Israël uit de hemel naar de aarde en vergat op de dag van zijn woede dat zij de basis van zijn voeten was!
2, 2 Beth – De Heer heeft alle weilanden van Jakob genadeloos opgeslokt; in zijn toorn vernietigde hij de forten van de dochter van Juda; hij gooide op de grond en ontheiligde het koninkrijk en zijn prinsen.
2,3 Guimel – Hij heeft in de hitte van zijn toorn de kracht van Israël gebroken; hij trok zijn rechterhand terug van voor de vijand, stak in Jacob een brandend vuur aan dat rondom verslond.
Hier vindt u de bladmuziek.
Lam 4,5 Hey – eters van lekkernijen verwelken op straat; wie in luxe leefde, staat op de mest.
4.6 Waw – De fout van de dochter van mijn volk is verder gegaan dan de zonde van Sodom die in een oogwenk was weggevaagd zonder dat iemand er een hand tegen had gelegd.
4.7 Zain – Zijn aan God opgedragen mannen waren helderder dan sneeuw, witter dan melk, hun lichamen rossiger dan koraal, hun uiterlijk was saffier.
4.8 Heth – Hun uiterlijk is zwarter dan roet: op straat herkennen we ze niet meer; ze hebben alleen de huid op hun botten, zo droog als hout.
Hier vindt u de bladmuziek.