ls patiënten mondiger en sociaal vaardiger worden, kunnen ze zich met overtuiging als cliënt gedragen, betoogt schrijfster zuster Holkje van der Veer in dagblad Trouw.
Holkje van der Veer o.p.
Door alle efficiëntie in de zorg zou de aandacht voor de patiënt verdwenen zijn. U draait het om: meer aandacht voor elkaar zorgt voor efficiëntere zorg. Is dit soort aandacht te leren?
‘Zeker, daarom pleit ik ook voor een opleiding tot patiënt – ik gebruik nu even het ouderwetse woord.’
Tot wat?
“Er zijn opleidingen voor alle zorgverleners, maar er is geen opleiding waarin mensen als ik zich kunnen bekwamen in patiëntvaardigheden. Een ziekenhuis wordt steeds meer een luchthaven, met passen, afdelingen, papieren die je moet tonen, bliebjes, schermen, machines. En tot slot krijg ik te horen: ‘Komt u over drie weken maar terug, dan hebben we de uitslag.’ Moet ik dan daadwerkelijk terugkomen? Kan dat niet op een andere manier, telefonisch?
Onder patiëntvaardigheid versta ik het eigen maken van sociale vaardigheden. Ik kom veel in het Radboud Ziekenhuis. Er is daar een ellenlange gang van de bushalte en de parkeergarage naar de poliklieken. Het is interessant in die gang op een bankje te gaan zitten, en je te concentreren op het schoeisel dat langskomt, en het tempo waarin gelopen wordt. Degenen die in het ziekenhuis werken, lopen bijna altijd in uptempo, want ze moeten nog even snel dit, snel dat. Dat is niet altijd het tempo waarin de patiënten zich bewegen.
Ik heb een longarts die op sportieve schoenen loopt. Zij komt naar de wachtkamer toe: “Mevrouw Van der Veer”. Ik sta dan een beetje moeizaam op – zo gaan bij mij de dingen – en loop achter haar aan. Maar zij heeft een veel hoger tempo dan ik. ‘Mevrouw, ik ben uw patiënt. Ik wil graag met u mee.’
Daar begint het al met aandacht. De arts moet leren in te tunen op het tempo van de patiënt; wij kunnen als patiënt op een gegeven moment zeggen: ‘Wauw, jij loopt hard. Doe je dat ook in je vrije tijd? Ben je van de marathon?’
Ik vermoed dat de arts dan langzamer gaat lopen en geduldiger wordt. Als de patiënten mondiger, sociaal vaardiger worden, kunnen ze beter communiceren. Dan kunnen ze zich met overtuiging als cliënt gedragen. Dat betekent: artsen vertellen wat ze willen en niet willen. Artsen zullen dan beter kunnen inspelen op verwachtingen en behoeftes. Dat voorkomt teleurstellingen en komt het genezingsproces alleen maar ten goede. Alle zorgbetrokkenen, zowel de hulpverleners als zij die aan de andere kant staan, worden dan serieus genomen. Dan kunnen cliënten weer een beetje patiënt zijn, met geduld en zonder de betutteling. Daar wordt iedereen beter van.”
*
Slot van een gesprek met Holkje van der Veer o.p. in dagblad Trouw vandaag, geschreven door Peter Henk Steenhuis.