aria Magdalena – de eerste die de verrezen Christus verkondigde – is de patroonheilige van de Orde der Predikers. Lekendominicanen Ineke van Cuijk en Dorry de Beijer gingen dit najaar mee op bedevaart. 'Ze blijft ons aanspreken en op weg zetten.’
We nemen afscheid van de Middellandse Zee en de bijzondere kerk in Saintes Maries de la Mer. De Notre Dame de la Mer werd in de 12e eeuw gebouwd als priorijkerk, behorend tot de Benedictijnse abdij van Montmajour. In de 14e eeuw werd het gebouw als weerkerk versterkt en diende zo in tijden van belegering of plundering als toevluchtsoord.
We overnachten in Arles en de volgende dag (donderdag 18 oktober) vertrekken wij in alle vroegte (het is nog donker) naar Saint Maximin la Sainte Baume, een busrit van ruim 2 uur. In deze stad bevindt zich een grote gotische basiliek gewijd aan Maria Magdalena.
Een van de leerlingen in het bootje dat aanspoelde in St. Maries de la Mer, was Maximinus. De Legenda Aurea vertelt dat hij bisschop werd van de stad Aix. In deze basiliek zijn heel veel taferelen verwerkt uit de Bijbelverhalen rond Maria Magdalena. De preekstoel zit vol houtsnijwerk, o.a. de zalving door Maria (zie onder) van Jezus, en de ontmoeting in de graftuin. In de crypte bevindt zich de zwart verweerde schedel met een pruik van goud (zie onder, de tweede foto). Men gaat er van uit dat deze van Maria Magdalena is. In ieder geval is in 1974 wetenschappelijk vastgesteld dat de schedel afkomstig is van een mediterrane vrouw van circa 50 jaar…
01 — 02
In deze basiliek zijn heel veel verwijzingen te vinden naar de dominicanen. Een zijkapel herbergt een fototentoonstelling over de geschiedenis van de dominicanen in Saint Maximin, die met een onderbreking van 60 jaar na de Franse revolutie- van 1295 tot 1970 duurde.
Er hangen verschillende schilderijen van bekende dominicaanse heiligen. Een heeft als titel ‘’Thomas van Aquino vertrapt de ketterij’’. Hij zet inderdaad met al zijn fysieke kracht een voet op een op de grond liggende man, een monstrans in de ene en een soort bliksem (dominicaanse fakkel ?)in zijn andere hand. Nogal agressief voor de doctor angelicus!
De ketterij, is dat het katharisme? De franse Wikipedia brengt uitkomst: met de ketterij worden de Hugenoten bedoeld, het schilderij dateert uit eind zeventiende eeuw.
In 1685 pakt Lodewijk XIV hun rechten weer af, die ze in 1598 kregen door het edict van Nantes. Een ware uittocht van Hugenoten volgt naar andere Europese landen, o.a. de Nederlanden. De Waarheid van Thomas lijkt ingezet te zijn in een (kerk)politieke campagne, het katholicisme wordt staatsgodsdienst.
Minder bekend is André Abellon, die mét schilderspalet op een banier in het voorportaal prijkt. Internet leert dat hij inderdaad schilder was voordat hij intrad bij de dominicanen in St Maximin, de stad waar hij in 1375 geboren was. Hij bleef dat doen, en enkele kleine schilderijen van heiligen in deze kerk zijn van zijn hand.
Bewaard gebleven is ook een schilderij ( ca 1430) waarop Martha het monster verslaat, die het stadje Tarascon aan de Rhône in zijn greep hield (zie onder). Dit is een bekend en veel afgebeeld thema in kerken in de Provence en Bourgondië. Want laten we niet vergeten dat ook Martha van Bethanië, na haar aankomst in Saintes Maries de la Mer, aan de slag ging als verkondigster van het Evangelie.
André Abellon was een geliefd en onvermoeibaar prediker, zielzorger en hervormer. Ook zette hij zich sterk in voor La Sainte Baume, (provencaals voor ‘de heilige grot’) van Maria Magdalena in de bergen van Plan d ‘Aups. Die grot werd ook al vanaf 1295 beheerd door de dominicanen. Abellon bouwde slaapgelegenheid voor de pelgrims, evenals twee molens om brood kunnen te bakken. Het geld hiervoor bedelde hij los bij de adel. Hij stierf in 1450 en werd in 1902 zalig verklaard.
Andre Abellon OP: St Martha en de draak (1430).
Weer terug in de bus volgen we de bergweg naar Plan d’Aups, een bedevaartcentrum nog steeds beheerd door dominicanen. We vieren daar de eucharistie met de communiteit, (foto zie onder) gevolgd door een eenvoudige, heerlijke lunch met vele andere pelgrims.
Van hieruit beklimmen degenen die goed kunnen lopen de berg; op weg naar boven, naar de heilige grot, midden in een eeuwenoud beschermd bosgebied. Deze grot is alleen lopend te bereiken. De top van het massief, de Saint Pilon, ligt op 994 meter, de grot zelf ligt wat lager. Al met al een flinke klimpartij over rotsige stenen, die glad zijn door de vele regen die de dagen ervoor in heel de Provence gevallen is. Maar na een uur bereiken de meesten het einddoel: de grot met ook daar een relikwie van Magdalena.
01 — 04
Legenda Aurea. 05 ‘Maria Magdalena verlangde naar de hemelse aanschouwing. Daarom trok zij zich terug in de wildernis. Daar woonde ze dertig jaar lang onopgemerkt en onbekend op een plek die door engelenhanden voor haar was ingericht. Er waren geen waterbronnen, en lekker gras of struikgewas was er ook niet. Daaruit moeten we de les trekken, dat de Heer haar niet met aards voedsel wilde verzadigen, maar alleen met hemelse spijs.
Elke dag werd zij op de zeven uren van het gebed door engelen de lucht in gevoerd om met haar eigen, lichamelijke oren het gezang van de hemelse legerscharen te kunnen horen. Zo werd ze dag aan dag gevoed met deze kostelijke spijs; vervolgens werd ze telkens door een engel naar haar eigen woonplaats teruggebracht; dus ze had ook helemaal geen aards voedsel nodig.
Vermoeid maar diep onder de indruk verlaten wij deze bijzondere plek. Meer weten? Zie www.saintebaume.org
Op de terugweg brengen we als laatste een bezoek aan de Madeleine-kerk in hartje Parijs. De priester die ons rondleidt verbindt de lotgevallen van het gebouw met de Franse geschiedenis. Napoleon wilde van de in aanbouw zijnde, maar door de Franse Revolutie gestaakte nieuwe kerk een seculiere tempel maken voor zijn Grande Armee. Toen hij het veld had geruimd, maakte Lodewijk XVIII er in 1815 weer een kerk van en liet deze verder af bouwen en in richten.
De inwijding vond plaats in 1842 op de feestdag van Maria Magdalena, naar wie ook de oorspronkelijke middeleeuwse kerk genoemd was. We mogen bij wijze van uitzondering het groots opgezette altaarpodium op, met een beeldengroep die de scene laat zien waarover hierboven de Legenda Aurea vertelt. Ook bevindt zich hier in een glazen kastje een relikwie van la Madeleine, afkomstig uit Maximin la Sainte Baume. Zo komt de cirkel rond van onze pelgrimage, nu kunnen we echt naar huis.
We treffen trouwens meteen bij de ingang van de kerk, ook in een glazen kast, een ander, heel recent relikwie aan! Niet van Maria Magdalena, maar van een andere nationale beroemdheid: een gitaar van de Franse rockzanger Johnny Hallyday , die op 9 december 2017 vanuit de Madeleine onder enorme publieke belangstelling, onder wie president Macron, begraven werd. Op zijn gedachtenisprentje aan de voorkant een gitaar met rode bloemen, en aan de achterkant de bekende tekst over de liefde uit 1 Korinthe 13.
www.eglise-lamadeleine.com
01 — 02
‘Noli me tangere’, raak me niet aan. Zo heet de meest bekende afbeelding waarin de Verrezen Heer Maria Magdalena in de graftuin vraagt om Hem niet aan te raken. Hebben wij nu op deze reis Maria Magdalena zelf aangeraakt? De relikwieën in Vézelay, Saint Maximin la Sainte Baume en Parijs konden wij met eigen ogen zien, en er ook een kaars bij opsteken. Maar aanraken, nee, dat verlangen ging niet in vervulling, opgesteld als ze waren achter een hekwerk, achter glas of bewaard in een hooggeplaatste kist. En misschien gaat er onder de praktische redenen van veiligheid, hygiëne en kwetsbaarheid wel een wijs inzicht schuil. We zijn Maria Magdalena achterna gereisd, we verlangden meer over haar te weten te komen, haar beter of zelfs echt te leren kennen. Is zij dichter bij ons gekomen?
Op een bepaalde manier wel: door deze plaatsen te bezoeken, door alle verhalen van vroeger en nu kwam ze meer tot leven en ook meer in ons leven. Bepaalde beeldvorming zoals die van de boetvaardige zondares, bestaat nog altijd, maar er zijn zeker andere beelden bijgekomen, die zelfs sterker zijn gaan leven. Zoals de vrouw in de levensboot zonder stuur, de met de natuur verbonden kluizenares. En vooral de apostola apostolorum. Deze titel had zij al ,maar paus Franciscus haalt deze nu opnieuw naar voren.
En tegelijkertijd groeide het besef dat Maria uit Magdala onaanraakbaar is, dat zij steeds weer ontsnapt aan de beelden die wij van haar maken. Zij blijft verborgen in de heilige grot, die leeg is en tegelijk gevuld met haar aanwezigheid. Dwars door alle (kerk)politieke perikelen heen gedurende zoveel eeuwen blijft zij steeds opnieuw mensen aanspreken en op weg zetten.
Dorry de Beijer OP
Ineke van Cuijk OP
Lees hier deel 1