en autowasserij, een bakkerij, een huis voor ouderen – het bisdom van Kirkuk investeert in toekomst, hoe onzeker en chaotisch het heden in Noord-Irak ook is. Derde blog van Erik Borgman.
Lekendominicaan Erik Borgman is met een groep kerkmensen uit Utrecht voor tien dagen in Irak. Zij logeren de eerste periode in het huis van de dominicaan Yusuf Thomas Mirkis, bisschop van Kirkuk. Op de tweede dag van hun verblijf maken zij een tour naar de bouwprojecten van het bisdom. Erik Borgman blogt verder.
door Erik Borgman o.p.
Bouwen geeft mensen hoop, dat is een belangrijk uitgangspunt van de dominicaan en bisschop Mirkis in Kirkuk. Wie bouwt laat zien zich niet te laten bepalen door de omstandigheden zoals ze nu zijn, maar loopt vooruit op de mogelijkheden die zich aandienen en maakt duidelijk dat je erop vertrouwt dat er zich mogelijkheden zullen aandienen. Het voorkomt dat je het gevoel krijgt dat je alleen goed genoeg bent om je passief te onderwerpen aan wat nu eenmaal is voorgegeven.
Op de ochtend van onze tweede volle dag in Kirkuk worden wij rondgeleid langs verschillende bouwprojecten van het bisdom. Sommigen zijn verrassend. Zo heeft de parochie een stuk land in eigendom waar recent water gevonden is. Er werd een pomp geslagen en er zijn plannen ontwikkeld er een carwash te beginnen, zoals Mirkis het noemt. Een autowasserij dus, maar in het Engels klinkt het nog meer als iets dat uit een andere wereld stamt dan het draaiend houden van een kerk en het opvangen van vluchtelingen.
Maar juist voor vluchtelingen, en met name voor de zevenhonderd vluchtelingenstudenten die het bisdom huisvest en onderhoudt, kan de autowasserij een belangrijke bron van inkomsten worden.
Wat verderop wordt er een bakkerij gebouwd, mede om de vluchtelingen waar het bisdom verantwoordelijk voor is van brood te voorzien. Een bakkerij levert werk op, zelf brood bakken is goedkoper dan elke dag vijftienhonderd broden kopen, zoals nu gebeurt. En het is mogelijk extra broden te bakken en dat te verkopen. De bakkerij in aanbouw zit tegenover een restaurant, dus potentiële klanten hoeft men niet ver te zoeken.
We gaan verder naar een wijk waar – meer klassiek – een kerk met een gemeenschapscentrum en een school wordt gebouwd. In een buitenwijk van Kirkuk zijn met steun van de overheid huizen beschikbaar gesteld voor christenen. Je herkent ze – in ieder geval sommigen – aan het kruisbeeld dat boven de voordeur hangt.
Maar alleen huizen en een kerk die eigenlijk te klein is, is niet genoeg, licht Mirkis toe. We hebben een plaats nodig waar de gemeenschap samen kan komen en een school, waar de kinderen worden voorbereid op de toekomst. Aan de kerk en het gemeenschapscentrum wordt gewerkt en dat is inderdaad een hoopvol gezicht. De bouw aan de kerk ligt voorlopig stil. Daar is nu even geen geld voor.
Als we vervolgens door we wijk rijden, wordt ons verteld dat de jonge boompjes die overal staan door het Chaldeeuwse bisdom betaald en geplant zijn. Opnieuw een symbolische investering in de toekomst. Wie een boom plant, laat zien dat zij of hij gelooft dat er een toekomst is waarin deze boom tot volle wasdom zal komen. Ondanks alle eventuele sombere vooruitzichten.
Terwijl een van zijn priesters ons rondrijdt en rondleidt, vergadert Mirkis over de geplande bouw van een huis voor ouderen, met name ouderen met alzheimer.
Ook in Irak worden mensen steeds ouder, ondanks het geweld en de oorlog. Jonge families die emigreren of vluchten, kunnen vaak hun oudere familieleden niet meenemen. Dus het systeem waarin de jongeren voor de ouderen zorgen en de ouderen mede de kinderen van de jongeren opvangen en opvoeden, zoals dat vele generaties bestond en nog bestaat, wordt bedreigd. Inspelen op deze situatie, ook dat is investeren in de toekomst.
Het is op het eerste gezicht vreemd het zo te zien, maar het zou ook ons goed doen om het bouwen van voorzieningen voor ouderen niet te beschouwen als een kostenpost, maar als een investering in de toekomst die getuigt van vertrouwen.
Onderweg werden we binnen genodigd door een vluchtelingengezin: vader, moeder en vier jonge kinderen. De bedden keurig opgeklapt tegen de muur van de ene ruimte die ze bewonen en eroverheen een sprei met een spreuk in het Arabisch.
Aan de muren hangt een kruisbeeld en – de familie behoort niet tot de Chaldeeuwse kerk, de met Rome verbonden kerk van Mirkis en de zijnen die tegelijkertijd zijn eigen liturgie heeft en gehuwde priesters, maar is Syrisch orthodox – een icoon van Jezus en een van Maria. Verder hangt er een keur van teddyberen en plaatjes van Disney-figuren. Van onderlinge jaloezie lijkt niemand last te hebben; ieder gunt de anderen hun plaats.
Ons wordt onmiddellijk iets te drinken aangeboden en er komen schalen vol snoep langs. Wij worden behandeld alsof wij hen een dienst bewijzen door op bezoek te komen. Waarschijnlijk ervaren zij het ook zo. Door buitenstaanders worden gezien en aandacht en respect krijgen: het is waar mensen naar verlangen.
Aandacht en respect zijn niet moeilijk te geven. Daarom vraag je je op zo’n moment af waarom we doorgaans zozeer doen alsof zuinig ermee geboden is. Je krijgt er aandacht voor terug, dus er is helemaal niets wat opraakt. Wat ruimhartig gegeven wordt, groeit. Steeds verder.
Wij leven nog altijd onder het octaaf van Pasen, dus het is passend te gedenken dat liefde en betrokkenheid de dood overwonnen hebben. Door niet op te houden het te geven, juist als het geen doel lijkt te dienen, wordt deze overwinning op passende wijze gevierd.
*
Het eerste blog uit Noord-Irak: De grote betekenis van de kleine kerk in Kirkuk
Het tweede: Het belangrijke gesprek van christenen met moslims
Meer Borgman? 'Laat je gezeggen door wat zich aandient’
Eerder verscheen over Mirkis: Iraakse bisschop: 'Ga niet achter de emoties aan’
Eerder verscheen: Help jonge mensen studeren in Noord-Irak