ls bidden iets anders is dan het indienen van een hemels verlanglijstje, wat is het dan? Bidden is een daad van liefde, zegt Jozef Essing o.p. in deze meditatie: 'Het is bij en mét God de schepping hooghouden en niet laten terugvallen in chaos. Het is delen in Gods ontferming.’
door Jozef Essing o.p.
Een oom van mij had een lijfspreuk paraat op momenten dat het erom spande: ‘We hebben niks te bestellen as leeg briefkes’: we hebben niets in te brengen. Hij hoorde duidelijk tot de generatie van de mens wikt, maar God beschikt, de generatie die nog kon zeggen ‘Loop naar de maan: jij met je onzinnige geklets’.
Intussen hebben wij de mens op de maan zien lopen en rampen en ziekten noemen we niet meer acts of God, maar bedreigingen vanuit de natuur waartegen we ons kunnen wapenen. Ik kan niet meer bidden zoals mijn oom bad – ‘berustend in het onvermijdelijke’.
De vraag van Jezus’ leerlingen Leer ons bidden (in Lucas 11, 1-13) klinkt anders: leer ons bidden als mensen van deze tijd, zelfbewust, mondig en kundig.
Hoe dit niet-berustend bidden eruit kan zien, komt ontroerend in beeld in dit gedicht van Rutger Kopland over zijn moeder in het verpleeghuis:
Ik ging naar moeder om haar terug te zien
Ik zag een vreemde vrouw. Haar blik was wijd en
leeg, als keek zij naar de verre overzijde … niet naar mij.
… Het was mijn moeder, het lijfje dat daar roer-
loos stond in ’t gras, alleen haar dunne haren
bewogen nog een beetje in de wind, als voer
zij over stille waatren naar een oneindig daar en
later, haar God. Er is geen God, maar ik bezwoer
Hem Zijn belofte na te komen, haar te bewaren.
Er is geen God, … maar ik bezwoer Hem. Twee stemmen roeren zich tegelijk. De ene is die van het nuchtere verstand dat de situatie overziet en dan vaststelt: laatste stadium van Alzheimer, zo gaat dat. En dan is er die andere stem, alsof die hem overkomt: asjeblieft, laat haar niet als damp vervliegen.
Bidden wordt vaak verbonden met adem: gekregen, onzichtbaar en zeer werkelijk.
Wat is dit voor een gebed? Hier wordt gevochten voor een wereld die je lief is. Een stem die in ons roept, tegen destructieve krachten in die de overhand schijnen te hebben. Dit bidden brengt een mens dichtbij het hart van God, dichtbij zijn bewogenheid.
In het oudste gebedenboek dat wij kennen, het boek van de psalmen, wordt God bezworen om gerechtigheid te brengen in onze samenleving: vrede, vertrouwen, ontferming en de kracht om elkaar recht te doen.
Die kernthema’s uit de psalmen komen terug in het gebed dat Jezus leert, het Onze Vader: ‘Heilig uw naam: laat zien wie U voor ons bent, laat komen uw rijk, een wereld die ziet wat van waarde is en tegelijk weerloos – dat het niet aan kille berekeningen wordt uitgeleverd, aan nietsontziend geweld. Dat wij niet blijven hangen in het kwaad: een nieuw begin kunnen maken, samen.’
Bidden houdt het bewustzijn hoog, dat de kern van alle werkelijkheid niet een blind noodlot is of het niets ontziende geweld, maar een liefde die ons ziet en draagt, die ons uittilt boven de afgrond.
Bidden ís een daad van liefde: bij God en mét God de schepping hooghouden en niet laten terugvallen in het niets van de chaos.
Bidden is delen in Gods ontferming
*
Deze meditatie is een bewerking van een preek van Jozef Essing, dominicaan in het klooster van Zwolle, bij Genesis 18, 20-32 en Lucas 11, 1-13.