13 November 2014

‘Nieuwe spiritualiteit is iets anders dan geloof’

Ga naar overzicht

Deel op:

enmerkend en nog altijd actueel aan het denken van Edward Schillebeeckx is het belang van de verbinding van het geleefde leven en de traditie. Dat zei theoloog Stephan van Erp tijdens het eeuwfeest, op 12 november bij Soeterbeeck in Nijmegen.

Stephan van Erp in gesprek met Christa Anbeek

Stephan van Erp maakt vanaf 1 januari de omgekeerde beweging die zijn leermeester in 1958 maakte: Schillebeeckx kwam toen van Leuven naar Nijmegen. Van Erp, docent in Nijmegen, is per 1 januari benoemd tot hoogleraar systematische theologie in Leuven.

Kenmerkend aan Schillebeeckx, de jonge historicus Maarten van den Bos vertelde dat ook in zijn levensbeschrijving aan het begin van de avond, is het voortdurende heen en weer tussen ervaring en traditie, wereld en kerk. Hoewel zijn theologie over alles ging, is niet zo maar alles goed. Het gaat in de grond altijd om dienstbaarheid 'aan wat in Bijbel shalom heet: diepe vrede en echt geluk voor alle mensen’.

Toverkringen van nieuw wij en compassie

Stephan van Erp sprak zich, in zijn lezing tijdens het Soeterbeeck-programma op de honderdste geboortedag van Schillebeeckx, scherp uit over godsdienstsociologen die geloof menen te ontwaren in de nieuwe spiritualiteit. Joep de Hart bijvoorbeeld concludeert dat veertig procent van de Nederlanders gelovig is.

'Religiewetenschappers vinden dat ze mogen oordelen over de betekenis van geloof, maar dat is aan theologen’, zei Van Erp. 'Het onkerkelijke wordt gevierd als “compassie”, of – o ironie – “ongebonden solidariteit”. Volgens mij gaat het hier echter om een kleine, maar hard roepende spirituele grachtengordelelite van mensen die zelf een zo zinvol mogelijk leven en liefst een zo zinvol mogelijke dood willen creëren.’

Wat in de jaren negentig nog een 'ietsisme’ was, is uitgegroeid tot 'een vrij zwevend religieus ik, dat overal een geheime betekenisvolle laag in vermoedt’, zei Van Erp. 'De halve overtuigingen van het ietsisme zijn nieuwe grote verhalen geworden, “toverkringen” zou Karl Barth ze noemen, met woorden als “nieuw wij” en “compassie”. Mensen worden weer religieus monogaam, maar ze hebben nog geen idee wie de partner is.’

Gedateerd

Geloof is in de kern vertrouwen, zei Van Erp met Schillebeeckx. Genade begint niet bij medemenselijkheid of naastenliefde, maar in het zich toevertrouwen aan het geloof in Christus, en daar is de gemeenschap van de kerk voor nodig. 'De nieuwe hoofdstukken in theologie en geloof beginnen niet bij ons, maar bij Gods optrekken met ons.’

Van Erp citeerde met plezier en ook wat verlegenheid een aantal volzinnen van Schillebeeckx, zo rijk van beweging en nuance, dat ze nauwelijks te bevatten zijn. Hij roemde de beroemde dominicaanse theoloog tegelijk als een bescheiden en lieve man, die het niet erg had gevonden als zijn theologie in deze tijd al gedateerd was genoemd. Immers: 'Elke tijd staat in het licht van Gods toekomst’.

Na de lezing van Van Erp voerde hij een gesprek met de remonstrantse theologe Christa Anbeek. Zij maakt in haar werk onder meer ruimte voor de ontregelende werking van het lijden op het geloof. Vanuit verschillende achtergronden maakten de twee theologen inzichtelijk dat geloof inderdaad, zoals Schillebeeckx leerde, ten diepste 'scheppende trouw’ is: scheppend aanwezig in deze tijd, in verbondenheid met wat gegeven is en gegeven wordt. En de theologie? Die moet zich niet te veel voorstellen, maar daar dienstbaar aan zijn.

Zie ook: Schillebeeckx was geen radicale vernieuwer