e VN-organisatie Unesco kent de José Marti-prijs toe aan de dominicaanse schrijver, bevrijdingstheoloog en politiek activist Frei (broeder) Betto, voor zijn 'bijdrage aan een cultuur van algehele vrede, sociale rechtvaardigheid en mensenrechten in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied’.
Frei Betto
De directeur-generaal van de Unesco, Irina Bokova, maakte dat bekend. De prijs bestaat sinds 1994 en is sindsdien vijf keer uitgereikt aan mensen die een buitengewone bijdrage hebben geleverd aan de eenheid en de integratie van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied, ‘gebaseerd op eerbiediging van de culturele tradities en de menselijke waarden’. In 2005 werd de prijs, curieus genoeg, uitgereikt aan Hugo Chavez, president van Venezuela.
Unesco is de organisatie van de Verenigde Naties die zich bekommert om onderwijskundige, wetenschappelijke en culturele organisatie. De prijs, die 30 januari in de Cubaanse hoofdstad Havana wordt uitgereikt, is vernoemd naar José Martí (1853-1895): dichter, schrijver en leider van de Cubaanse onafhankelijkheidsbeweging. Hij geldt als Cuba’s belangrijkste nationale held.
Frei Betto (Carlos Alberto Libânio Christo) is geboren in Belo Horizonte, Brazilië, in 1944. De jury looft hem als opvoeder, schrijver en theoloog, en om ‘zijn verzet tegen alle vormen van discriminatie, onrecht en uitsluiting en voor zijn toewijding aan de bevordering van de cultuur van vrede en mensenrechten’.
Frei Betto schreef meer dan vijftig boeken, die in verschillende talen verschenen zijn. In 2006 publiceerde hij nog een boek met gesprekken met Fidel Castro over theologie en marxisme. Als 20-jarige student journalistiek werd Frei Betto lid van de dominicaanse orde, in het jaar dat de militairen in Brazilië de macht grepen. Hij werd twee maal gevangen gezet: in 1964 om hem van de universiteit te verwijderen en van 1969 tot 1973 vanwege zijn samenwerking met de guerrillaorganisatie Acción Libertadora Nacional (ALN).
Na zijn vrijlating werkte hij vijf jaar in een krottenwijk van de stad Vitoria. Van 1980 tot 1990 was hij consultant voor de relaties tussen kerk en staat in diverse landen, waaronder Nicaragua, Cuba, China, Sovjet-Unie, Polen en Tsjecho-Slowakije. Van 1990 tot 2000 was hij lid van de Raad van de Zweedse Stichting voor de mensenrechten.
Frei Betto is voorstander van de bevrijdingstheologie en werkte in diverse pastorale en sociale bewegingen. In 2003 en 2004 was hij bijzonder adviseur van de socialistische Braziliaanse president Lula en coördinator van een programma tegen honger. Enkele jaren geleden verraste hij vriend en vijand met de publicatie van een kookboek.
Met dank aan Antoon L. Boks o.p.