21 Augustus 2012

Ik heb alle tijd

Ga naar overzicht

Deel op:

div> &Ik ben te kennen, maar willen jullie dat wel?’ Roy Clermons, lekendominicaan en geestelijk verzorger in de psychiatrie, schreef deze column voor het tijdschrift Geloven Onderweg van het Dominicanenklooster in Huissen. Over onze wil en Gods geduld.

Roy Clermons

Sinds jullie je verstand zijn gaan gebruiken, doen jullie je best om mijn bestaan te ontkennen. Alsof ik er van het begin af aan niks mee te maken zou hebben gehad. Door de ontwikkeling van de rede hebben jullie je geloof verloren. Alles moet empirisch aantoonbaar zijn om waar te kunnen zijn.

Wat maken jullie het jezelf moeilijk. Kun je nog accepteren dat alles je al gegeven is? Het is mijn wereld, jullie zijn mijn mensen. In alle goedheid, waarheid en schoonheid heb ik jullie het leven gegeven; daar had je zelf niks over te zeggen. Wanneer jullie leven ten einde is, zal ik jullie van harte terug ontvangen, welke puinhoop je er ook van gemaakt hebt.

Maak het jezelf niet zo zwaar, je kunt deze wereld, dit leven niet naar je hand zetten. Daar zijn jullie niet toe in staat. Vertrouw erop dat jullie leven vanuit mij en dat ik jullie draag in de palm van mijn hand.

Het enige waar ik om vraag, is om mee te werken aan een koninkrijk van vrede en gerechtigheid in deze wereld, want dat kan ik niet alleen. Daar heb ik jullie voor nodig. Jullie zijn hierin mijn handen en voeten. Door de eeuwen heen zijn er profeten geweest die hebben verteld hoe en wat. Mijn dierbaarste mens heeft tot jullie gesproken, maar hebben jullie hem gehoord?

Jullie willen autonoom zijn, en twijfelen aan alles. Jullie timmeren de samenleving dicht met regels en wetten, en maken het gemakkelijk om een zondebok aan te wijzen, als iets niet goed gaat. Want jullie vinden het vreselijk dat er dingen gebeuren waar je geen grip op hebt.

Jullie kunnen de verantwoordelijkheid niet aan. Kijk eens goed en eerlijk naar de wereld waarin jullie leven. Gaat het nou echt zo geweldig, wordt er recht gedaan aan alle mensen? Jullie gaan me aan het hart, maar ik grijp niet in. Uit respect voor de vrije wil die ik jullie heb gegeven, wacht ik geduldig totdat goedheid, waarheid en schoonheid gerealiseerd worden, vanuit het besef dat ze jullie vanuit mijn genade gegeven zijn.

Ik heb alle tijd.


Dit is de ingekorte versie van een column uit Geloven Onderweg.