Kopstukken

Francisco de Vitoria (ca. 1485-1546)

e Spaanse theoloog en filosoof Francisco de Vitoria hoort bij de kleine groepje illustere dominicanen dat onverbrekelijk verbonden is met de geschiedenis van Latijns-Amerika. Lekendominicaan Otto Vervaart schreef een portret van deze pionier van het volkenrecht.

De namen van verschillende dominicanen zijn onverbrekelijk verbonden met de geschiedenis van Latijns-Amerika: Antonio de Montesinos en zijn preek uit 1511 met een felle aanklacht tegen de Spanjaarden, Bartoloméo de Las Casas en zijn beschrijving van het Spaanse optreden in de Nieuwe Wereld, Martinus de Porres, de eerste zwarte dominicaan, en Rosa de Lima, de eerste heilige van Zuid-Amerika.
De Spaanse theoloog en filosoof Francisco de Vitoria (circa 1485-1546) verdient als pionier van het volkenrecht zijn eigen plaats in deze groep. Naar Francisco de Vitoria wordt de laatste jaren veel onderzoek gedaan en van zijn oeuvre worden steeds meer teksten vertaald.

Een geleerde carrière
Over het begin van Francisco’s leven is weinig bekend. Het is niet duidelijk wanneer en ook niet waar hij precies geboren is, in of nabij Álava in Asturië (Noord-Spanje). Sommigen situeren zijn geboorte tussen 1480 en 1492, anderen tussen 1483 en 1493. Francisco’s ouders, Pedro de Vitoria en Catalina de Compludo, hadden nog twee andere zonen.
Francisco trad toe tot de orde van de dominicanen en woonde enige tijd in het San Pabloklooster te Burgos. Hij had duidelijk talent voor studie. In de jaren 1506-1512 studeerde hij in Parijs filosofie en theologie. Hij werd in 1509 tot priester gewijd. Van 1512 tot 1523 gaf hij college in Parijs. Samen met zijn Vlaamse medebroeder Petrus Crockaert behoorde hij daar tot de eersten die college gaven over de Summa Theologiae van Thomas van Aquino.

Onderwijs en studie
In de jaren 1520-1521 schreef hij voorwoorden bij uitgaven van de preken van de dominicaan Pedro de Covarruvias en de Summa Aurea van St. Antonius van Florence, een dominicaanse bisschop. In 1522 of 1523 verkreeg Francisco te Parijs de titel van doctor in de theologie. Hij onderwees tussen 1523 en 1526 theologie aan het Colegio de San Gregorio te Valladolid.
Vanaf 1526 tot aan zijn dood doceerde hij in Salamanca op de cátedra de prima, de belangrijkste theologische leerstoel aan de oudste universiteit van Spanje. In 1527 maakte hij deel uit van een commissie die te Valladolid de werken van Erasmus onderzocht op hun rechtzinnigheid. In 1545 wilde keizer Karel V hem nog afvaardigen naar het concilie van Trente, maar vanwege zijn slechte gezondheid kon hij daaraan niet deelnemen.
Op 12 augustus 1546 overleed hij te Salamanca.

Standbeeld van Francisco de Vitoria in Salamanca, Spanje.

Spanje en de Nieuwe Wereld
Hoewel Francisco de Vitoria theoloog was, bespreekt hij in zijn werken ook juridische kwesties. Vooral in zijn Relectiones is dit het geval. Dit werk verscheen pas postuum voor het eerst in druk, in 1557. Naar gelang men het werk indeelt, is er sprake van elf, twaalf of dertien relectiones.
De relectio De potestate civili bevat min of meer een theorie van de staatsmacht. In het groeiende Spaanse wereldrijk van de zestiende eeuw was dit een centraal onderwerp. In zijn Relectiones De Indis (circa 1532 geschreven) en De jure belli (Over het oorlogsrecht) gaat De Vitoria in op de verovering en kolonisering van Amerika door Spanje. Vooral Spaanse dominicanen, franciscanen en jezuïeten gingen in de zestiende eeuw het debat hierover aan, ook omdat juist deze orden actief werden in Latijns-Amerika.
Als auteurs van deze ‘Spaanse scholastiek’ vallen naast Las Casas en De Vitoria onder andere te noemen Domingo de Soto, Fernando Vázquez, Diego Covarruvias, Juan del Castillo Sotomayor, Luis de Molina en Francisco Suárez. De auteurs van de Spaanse scholastiek noemt ook wel de ‘School van Salamanca’. Op hun werken steunde ook Hugo de Groot bij het schrijven van zijn De iure belli ac pacis (1625).

Theologie en recht
In zijn commentaar op Thomas van Aquino bespreekt Francisco met name diens opvattingen over gerechtigheid, eigendom en economie. Daarmee vatte hij theologie feitelijk breed op. Zelf zei hij dat voor een theoloog geen onderwerp of strijdvraag buiten diens bereik valt.
Francisco de Vitoria wordt soms de vader van het volkenrecht genoemd. Ook al poneerde hij geen strikt juridische doctrine over deze materie, toch mag men hem met recht op dit terrein als een pionier zien. Op het gebied van de politieke theorie behoort hij tot de klassieke auteurs uit de vroegmoderne tijd. Mede door zijn toedoen werd de universiteit van Salamanca tot het centrum van het Spaanse juridische denken.

Otto Vervaart