wee weken voor de verkiezingen in Mexico, die op 5 juli werden gehouden, deed Raul Vera Lopez, de Dominicaanse bisschop van Satillo en strijder voor de mensenrechten, een dramatische oproep om te gaan stemmen tegen het corrupte en gewelddadige regime van zijn land. Een samenvatting.
De berichten van 6 juli meldden dat de rechts-conservatieve Partij voor Nationale Actie (PAN) van president Felipe Calderón veel terrein heeft verloren. De nationalistische PRI, die het land tussen 1929 en 2000 onafgebroken bestuurde, maakte een comeback en is de grootste partij. Slechts 43 procent van de circa 77 miljoen opgeroepen Mexicanen is komen stemmen.
“Veertig en dertig jaar na de Latijns-Amerikaanse bisschoppenconferenties van Medellin (1968) en Puebla (1979) roepen nog steeds miljoenen om bevrijding van onrecht en lijden.
Onze situatie is dreigend en kritisch, want het volk is in de steek gelaten en weet niet waar het aan moet kloppen om respect voor haar waardigheid op te eisen. Onze bestuurders luisteren niet naar ons en doen niets aan het voortdurende en systematische geweld waaronder de meerderheid lijdt.
Eindeloos
De lijst is eindeloos: de vaders, moeders en familieleden van de door de maffia, politie en/of militairen geslagen, ontvoerde en/of verdwenen mensen; de onrechtvaardig ontslagen of werkeloze arbeiders; de families van de vallei van Conchos; de duizenden mijnwerkers in het hele land en de meerderheid van de werknemers die alleen maar door hun vakbonden worden gebruikt; de slachtoffers van Orica; de door militairen verkrachte vrouwen in Castaños, Chiapas, Oaxaca en andere plaatsen; de vrouwen tegen wie psychologisch, fysiek en/of seksueel geweld wordt gebruikt; zoveel vrouwen die vermoord worden omdat ze vrouw zijn; de door benden ontvoerde, beroofde, verkrachte en gemartelde migranten; de door de economische politiek in het gedrang geraakte jongeren die de toekomst van ons volk zijn maar geen toekomst hebben; de families van de doden op de boorplatforms; de boeren die verdreven zijn door de transnationale bedrijven; de aangevallen, verkrachte, opgesloten en vermoorde verdedigers van de mensenrechten of hen die uit ons land moeten vertrekken om nog meer geweld tegen hen te verhinderen; de vele burgers tegen wie rechtszaken of straffen worden aangespannen als ze hun recht durven op te eisen; en helaas nog zoveel meer mensen.
De staat dient de minderheid
Dat alles is het resultaat van een staat die een minderheid dient, die zich verzet tegen de meerderheid. Het Mexicaanse volk, dat geloofde, vocht en streed voor de idealen van ons land, raakt ontmoedigt. Stemmen is echter een burgerrecht dat we niet uit handen moeten geven.
Zoals de profeet Jeremia die land kocht dat verwoest ging worden (Jer. 32), zo moeten wij op 5 juli ons land, dat we Vaderland, Land of Natie noemen, in bezit nemen, want het is van alle Mexicanen. Net als Jeremia kijken we naar Gods liefde en dromen we van een nieuw begin.
Een dode staat
Net als Jeremia kunnen wij onze hoop niet stellen op de herstructurering van een dode staat met dode functionarissen en kandidaten die alleen voor zichzelf werken. Maar als we niet stemmen wordt het nog erger: er komt een grotere lamlendigheid en kwetsbaarheid van onze rechten.
Er is een nieuw begin nodig, met een beslissend referendum, zodat de burgers kunnen beslissen of bestuurders macht mogen uitoefenen. Laten we een grondwetgevende vergadering bij elkaar roepen voor 2010, waarin we samen de voorwaarden, wetten, normen en regels bepalen voor de stichting van een staat waarin we allemaal deelnemen.”
Raúl Vera López, O.P.
Bisschop van Saltillo
Met dank aan Antoon Boks o.p.